goed in je vel.nl

Krampachtig jezelf zijn

Twee mannen in gesprek. Af en toe denk ik, hou nou eens op! Elke keer weer hetzelfde liedje. Je kunt toch wel even bellen als je wat later thuiskomt? Hoe vaak ik dat al gehoord heb, ik word er kotsmisselijk van. Gisteren was ik er helemaal klaar mee. Ik heb haar eens flink de waarheid gezegd. Ik ben ik, laat me, ik kom echt wel thuis. Ik heb geleerd om mijn grenzen aan te geven, tot hier en geen millimeter verder. Ik wil een leuk leven maar met zo’n vrouw die altijd wel wat te zeuren heeft is dat soms ver te zoeken…

En zo ging het nog een tijdje door. De kinderen passeerden de revue, de baas, de buren, alles wat hem maar enigszins in de weg zat, werd omstandig besproken. De andere man knikte af en toe en kwam niet veel verder dan, gelijk heb je. Hij kwam fors voor zichzelf op, schetste zijn assertiviteit, was blij met het feit dat hij gewoon boos kon worden en af en toe flink uitpakte. Ik heb toch het recht om mijn leven te leiden zoals ik het wil? Ik heb geleerd om mezelf te zijn, wat er ook gebeurt. De andere man was het roerend met hem eens.

Jezelf zijn tot je erbij neervalt. En ook duidelijk maken aan anderen hoe je in elkaar zit, hoe je denkt, hoe je doet, waarom dat zo is en hoe wel je vaart bij die manier van leven. En toch, ik kan het niet laten, de vragen die bij me opkomen zijn: Ben je wel jezelf? Ben je wel degene die je zegt te zijn? Is het waar wat je zegt?

We zijn geworden wie we zeggen te zijn. We hebben een flink stuk van ons leven afgelegd, hebben veel van onze ouders geleerd, aangeleerd en afgeleerd, onze sociale omgeving, onze vrienden, de mensen om ons heen, de school, onze bazen, de buren, de sportclubs, zijn zijn allemaal van invloed (geweest) op ons leven. En vaak niet zo’n beetje ook. Onze vorming is voor het grootste gedeelte een onbewust proces, het gebeurt gewoon. Als kind al zoeken en vinden we onze weg om onszelf in stand te houden, om te ontsnappen aan dat wat we onprettig, angstig, bedreigend vinden. En we ontdekken hoe we moeten doen om onze zin te krijgen, om geliefd te zijn, complimentjes aan anderen te ontfutselen, te schurken aan genegenheid en liefde.

De dingen die bij ons blijven, die we ons leven lang meenemen, ook als alles om ons heen anders is geworden en we die mechanismen niet meer echt nodig hebben. We nemen ze niet alleen mee, er komen er nog meer bij, we willen nu eenmaal gezien worden, we willen ons gelijk halen, we laten ons de kaas niet van het brood eten. We moeten sterk zijn en onszelf in stand houden in deze grote, boze wereld. En natuurlijk gaat ons dat niet altijd even goed af, nog steeds hebben we niet alles te pakken wat we nodig hebben om ons leven te leiden zoals wij het willen. Er blijft nog veel te leren.

Krampachtig onszelf zijn. We hebben niet in de gaten dat we veel meer zijn dan dat we naar buiten brengen, meer dan we denken en zeggen te zijn. Veel meer. Hoogstwaarschijnlijk zijn we onderweg het nodige kwijtgeraakt. En is degene die we zijn geworden maar een slap aftreksel van degene die we in werkelijkheid zijn.

Waar is onze prachtige geest gebleven? Onze zachtheid? Waar is ons liefdevolle hart gebleven? Ons mededogen. Ons volle begrip. Onze vergevingsgezindheid? Onze warmte? Onze immense goedheid? Waar hebben we het gelaten?

Ook dat is immers wat we in wezen zijn, nee, niet ook, maar vooral! Het is in veel gevallen heel verklaarbaar en begrijpelijk dat we die aspecten in ons zijn kwijtgeraakt, leven is taai en stelt ons voortdurend fors op de proef.

De aangeleerde mechanismes in ons draaien voornamelijk op de automatische piloot, we zijn zo, vinden we. Het is niet waar! We zijn niet zo, we zijn slechts zo geworden. En de eerlijke vragen aan jezelf zou kunnen zijn: Wil ik zo zijn? Wil ik op deze manier zo krampachtig mezelf zijn? Heb ik nu een heerlijk leven?

Misschien is het de hoogste tijd om op zoek te gaan naar wat je onderweg allemaal bent kwijtgeraak. Hoe bijzonder zal het zijn om zo stapje voor stapje te ontdekken wie je in werkelijkheid bent. En weer in contact te komen met je prachtige, liefdevolle, begripvolle, zachte, warme, meedogende kant. Nee, geen gemakkelijk weg, maar het uiteindelijke resultaat blaast alle ongemak en moeite weg. Wat een fantastische ontdekking dat compleet jezelf zijn je leven zoveel gemakkelijker, fijner, relaxter, mooier en liefdevoller maakt dan het nu misschien wel is…

Jan Jaap van Hoeckel 

Lees verder ↓
Deel via Facebook LinkedIn Twitter

Reacties

anne | 24 juli 2017

Wat zo bijzonder is, is het feit dat ik mijzelf nooit zie zie zoals alle anderen mij zien. Ook bijzonder dat ik mijn stem niet hetzelfde hoor zoals alle anderen mij horen. Daar tegenover zullen anderen mij wellicht anders kennen dan hoe ik mijzelf denk te kennen. Midden in de wereld met mensen, waar ik gehoord en gezien wordt, kan en mag ik mijzelf zijn, weet ik dat ik dat ook kan zijn. ---Zelfvertrouwen is de sleutel, die in vele levens past--- Nee, ik ben niéts kwijtgeraakt, ik heb onbetaalbaar veel gekregen. Doorheen al die tijd mijzelf te kunnen en mogen zijn.

Karin | 25 juli 2017

Dank U wel voor dit bericht! Het herinnert me weer dat ik de keuze maak.

Ad Voermans | 26 juli 2017

Vragen, suggestieve vragen. Niet over goed-in-je-vel. Meer over niet-zo-goed-in-je-vel. Centrale punt: "ik"; "mij"; "jezelf". Ook veralgemenisering naar "wij"; "we". "We zijn geworden wie we zeggen te zijn". In de illusionaire beleving van de tijd is "worden" ontstaan. Van de ene toestand, naar de andere toestand gaan. Het levert de illusie van verandering op. Het maakt de vragen mogelijk. Vanuit het tijdloze is er slechts beweging (zonder bewegende). "We hebben veel ... geleerd". Dat we leren is aangeleerd. Het houdt vast in het individu; positioneert in collectief bewustzijn. Het vooronderstelt een "iets / iemand" die wordt. Van iets wetend, naar meer wetend. Een oud concept, wat zijn tijd heeft gehad. Voor wie dat wil zien. "Onze vorming is voor het grootste gedeelte een onbewust proces". Onze verwijst naar het collectieve. Vorming naar worden. Onbewust is meestal de tegenhanger van bewust, maar kan ook de partner ervan zijn: be- & onbewust. In samenhang met "het gebeurt gewoon zo": dit "onbewust" blijkt het bewustzijn zelf te zijn. Het bewustzijn dat, toen het in de leegte was gegaan als realisatie "Ik Ben, Ik Besta" gewaar werd. Het is altijd "aanwezig" en zo vertrouwd dat het niet wordt opgemerkt door wat het menselijk bewustzijn wordt genoemd. Zo is het geduid als "onbewust" maar het is de grond van wat je bent. "We hebben niet in de gaten dat we veel meer zijn dan dat we naar buiten brengen". Dit niet-in-de-gaten-hebben is een onderdeel van het spel dat het Ik Ben speelt / speelde. De crux van het zintuig "focus" dat het Ik Ben in staat stelt in een realiteit (de menselijke) ervaringen te hebben met uitsluiting van alle andere realiteiten, waarin het Ik Ben zich "tegelijkertijd" realiseert. Ondanks focus is er een diep innerlijk weten dat er dat veel meer is. Het zette aan tot het zoeken, tot het vragenstellen. Je zou kunnen zeggen dat het dit "veel meer" is, dat altijd aanwezige "onbewuste" - Ik Besta, dat "aanzet" tot het zoeken / vragen. Tot het opgemerkt wordt en toegelaten wordt in de dagelijkse praktijk.

Ad Voermans | 26 juli 2017

- vervolg - Ondanks focus is er een diep innerlijk weten dat er dat veel meer is. Het zette aan tot het zoeken, tot het vragenstellen. Je zou kunnen zeggen dat het dit "veel meer" is, dat altijd aanwezige "onbewuste" - Ik Besta, dat "aanzet" tot het zoeken / vragen. Tot het opgemerkt wordt en toegelaten wordt in de dagelijkse praktijk. Dus, "waar is onze prachtige geest gebleven" - die is hier, nooit weg geweest. Onze zachtheid, liefdevolle hart, mededogen, volle begrip, enz. - idem. Maar niet als tegenhanger van hardheid, liefdeloosheid, haat, onbegrip, enz. Als ze tegenhangers zouden zijn, is er geen uitweg, blijft het eindeloos zoeken en vragenstellen. De tegengestelden blijken te wortelen in elkaar. Een "uitvinding" te zijn om de specifieke ervaringen die alleen mogelijk zijn in een realiteit die door "focus" wordt gecreëerd te kunnen realiseren. Als het bewustzijn dat er meer is dan de focus-realiteit bewust wordt integreren de tegengestelden. Haat is niet langer het tegenovergestelde van liefde. De tegengestelden verliezen hun specifieke focus-identiteit. In hun integratie is er "herinnering" aan die identiteit, maar de realisatie is het geheel. Zelfs de associatie met de begrippen "haat" en "liefde" verdampt. "Begrijpelijk dat we die aspecten in ons zijn kwijtgeraakt" - toch niet. Er is werkelijk niet dat we ooit kwijtraken. Elk aspect, vanaf het "moment" van creatie ofwel realisatie is er zoals het is gecreëerd en blijft dat leven. Als het aspect dat doet, zonder bewust te zijn van het geheel leeft het als een aspect. Als een stukje van een diamant die bij het kloven tot gruis is gekloofd. Maar, elk aspect heeft het vermogen zich bewust te zijn van de hele diamant, waarmee het altijd verbonden is. Als het die verbondenheid integreert in het aspectenleven transformeert het aspect tot een facet (van de diamant). Volledig geïntegreerd. Voel je al wat het betekent als alle aspecten getransformeerd zijn tot facet? Zowel de donkere als de lichte aspecten getransformeerd tot facetten zonder het attribuut licht of donker, omdat deze tegengesteldheid in de transformatie integreert. "Misschien is het de hoogste tijd op zoek te gaan" - STOP het zoeken. STOP het vragen. Wat gezocht wordt, waarover gevraagd wordt, het is er allemaal al. Het is nooit weggeweest. Je BENT het allemaal al. Je bent alles wat je mooi en goed aan jezelf vindt en alles wat je haat aan jezelf. Beiden zijn attributen die je aan eigenschappen van jezelf geeft, de aspecten.

Ad Voermans | 26 juli 2017

- vervolg 2 - De Meester zit op een bankje in een park. Zich bewust van de hele diamant, van al zijn facetten, en de nog-aspecten. Naast de Meester zit de grootste creatie van het Ik Ben: Mens. De Meester luistert naar de duizenden vragen die Mens stelt. De Meester is als een rimpelloos wateroppervlak van een bergmeer. De Mens als de golvende zee. Een van de vragen die Mens stelt is "Meester, waar bent u?" De Meester kijkt glimlachend Mens aan. "Meester, wat moet ik doen?" De Meester legt een arm om de schouders van Mens. "Meester, als ik geld had dan...". De Meester wijst op de pot met geld die voor Mens staat. En zo ging het door tot de schemer viel. Mens stond op om huiswaarts te gaan. "Wanneer komen nou eens antwoorden op mijn vragen". De Meester keek Mens na. De Meester bewust dat Mens wist dat de antwoorden er zijn, maar nog zóveel van het spel hield ze niet te vinden. De Meester stond op om een goed glas wijn te gaan drinken.

Reactie plaatsen

Naam*
Email*
Reageer*
Neem aub de letters van de captcha over*
captcha
Je e-mailadres wordt niet geplaatst
Inklappen ↑